Dutchy's roofmijten
Dutchy’s® zijn roofmijten uit de familie Laelapidae en komen in grote delen van Europa vrij in de natuur voor. Ze leven in de grond en jagen daar op allerlei bodemorganismen. Wanneer we deze roofmijten uitzetten in dierenverblijven worden ze felle bestrijders van o.a. bloedmijten. Ze jagen de hele dag achter hen aan en doden ze om ze vervolgens op te eten. Het is een kwestie van tijd; de roofmijten komen vrijwel altijd als winnaar uit de bus.
Levenscyclus van Dutchy's®
Dutchy’s® zijn ongeveer 1 mm groot. Ze hebben een druppelvormig lichaam, zijn licht van kleur en heel beweeglijk. Ze voeden zich met allerlei organismen, zoals de larven van kleine muggen, springstaarten en verschillende soorten mijten, waaronder ook bloedmijten. De eieren worden in de grond of op een andere geschikte plaats afgezet. Na enkele dagen komen hier de larven uit, die na een aantal vervellingen uiteindelijk volwassen roofmijten worden. Dutchy’s® eten gemiddeld 5 bloedmijten per dag. Wanneer we ze tijdig in zetten zullen ze vaak de ontwikkeling van een plaag voorkomen. Ze zijn ook in staat om flinke aantastingen te bestrijden, maar dan moeten er meerdere roofmijten worden uitgezet.
Wanneer u Dutchy's® heeft ingezet kan het zijn dat u gedurende een periode van een aantal dagen meer bloedmijten gaat waarnemen. Dit komt doordat de bloedmijten door de roofmijten uit hun schuilplaatsen worden verdreven. De roofmijten zullen echter achter hen aan blijven jagen waardoor dit effect na een korte periode weer verdwijnt. Dutchy's® zijn tevens in staat een periode van voedselschaarste te overleven. Er vindt dan alleen geen voortplanting plaats. Ook eten ze elkaar op als dat nodig is. Ze doen niets met onze dieren. Bij blijvend voedselgebrek sterven ze na enkele weken uit.
Een volwassen roofmijt leeft gemiddeld 6 weken.
Leefmilieu van Dutchy's®
Dutchy’s® leven bij voorkeur bij een temperatuur van 15 tot 28 ºC. Wanneer de temperatuur onder of boven deze waarden komt gaan ze over in een rustfase. Ze wachten dan rustig af tot de omstandigheden beter worden en gaan dan vervolgens weer op jacht. Wanneer ze worden blootgesteld aan vorst zullen ze vrijwel allemaal afsterven.
Wanneer de roofmijten aangeleverd worden zitten ze verpakt met een hoeveelheid humusrijk strooimateriaal. Dit materiaal kan besteld worden in flesjes of in Mite Booster patronen. Er zijn flesjes van 2500 stuks, 5000 stuks en 10.000 stuks. De Mite Booster patronen hebben een vaste hoeveelheid roofmijten.
Wanneer je het materiaal met daarin de Dutchy's® met een loepje bekijkt zie je de roofmijten tussen de korreltjes bewegen. Het is de bedoeling dat de Mite Boosters horizontaal worden opgehangen. Daarbij is het van belang goed de handleiding te volgen m.b.t. het aantal Mite Boosters wat u dient te gebruiken. Over het algemeen kunnen we stellen dat de Mite Boosters het meest effectief zijn, maar in sommige gevallen kan het ook nuttig zijn om los materiaal vanuit de flesjes te gebruiken. Zo is het bij vogels erg zinvol om in het broedseizoen af en toe in elk nestje een dopje roofmijten te verdelen. Zo krijgen de eventuele bloedmijten geen kans om de jonge vogeltjes aan te tasten. Met name bij kanaries kan deze werkwijze zeer zinvol zijn, omdat de aantasting daar vaak via de nestjes plaats vindt. Ook in vochtige terraria kan men het materiaal uit de flesjes gebruiken om het in hoopjes in het terrarium te verdelen. Het is dan wel van belang dat het materiaal enkele weken niet uit kan drogen. In het materiaal bevinden zich naast enkele volwassen roofmijten ook veel eieren en larven. Wanneer het materiaal wat vochtig blijft zullen deze zich allemaal kunnen ontwikkelen en de strijd aan gaan met aanwezige parasieten. Voor de exacte manier van uitzetten en de doseringen verwijzen wij u naar de specifieke gebruikershandleidingen.
Dit is het Mite Booster systeem. In het witte patroon bevindt zich het kweekmateriaal met de roofmijten.
Dosering van de Dutchy's®
Om te kunnen berekenen hoeveel Mite Boosters er in een dierenverblijf nodig zijn gaan we uit van een aantal verschillende situaties. In een terrarium geschiedt de berekening simpelweg naar inhoud. Bij een kippenhok gaan we uit van een minimum van 3 Mite Boosters voor de eerste vierkante meter. Voor elke extra vierkante meter komt daar 1 Mite Booster bij. Voor een kippenhok van 4 vierkante meter heeft u dus 6 Mite Boosters nodig.
Bij volièrevogels gaan we uit van de inhoud van de broedkooien. In de onderstaande tabel kunt u zien hoeveel Mite Boosters u bij de verschillende broedkooien wij u adviseren te gebruiken. We gaan er in deze berekening wel vanuit dat alle broedkooien aaneengesloten staan. Is dit niet het geval dan zal elk blok van kooien apart berekend moeten worden. Bij een blok van 24 kooien van 40 x 40 cm heeft u dus 3 Mite Boosters nodig. Bij 2 blokken van 12 kooien adviseren wij er 2 per blok, dus in totaal 4! Heeft u de benodigde hoeveelheid berekend! Geef dan uw bestelling op via onze webshop.
In de verschillende handleidingen per diersoort treft u ook de specifieke uitzettabellen aan. Het totaaloverzicht vind u ook in de handleidingen van de Mite Booster.
Controle
Om te controleren of, en hoe groot de bloedmijt aantasting is kunt u bij kippen en volièrevogels gebruik maken van controlebuisjes. Dit zijn kleine stukjes PVC buis met daarin opgerold een stukje golfkarton. De bloedmijten gebruiken de ruimte tussen de golfjes als schuilplaats als ze van hun nachtelijke tochten terug komen. Door wekelijks de kartonnetjes er uit te halen en te controleren kunt u op een eenvoudige wijze zien of er bloedmijten aanwezig zijn, en zo ja, in welke mate. Op de foto's hierboven ziet u drie verschillende niveaus van aantasting. Bij het laagste niveau zal de schade aan de dieren nog beperkt zijn, maar bij de beide andere niveaus ondervinden de dieren veel last van de aantasting.
In onze webshop kunt U setjes met deze controlebuisjes en extra kartonnetjes bestellen.
Gebruik chemische middelen i.c.m. roofmijten
Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen kort voor of na het inzetten van Dutchy’s® wordt afgeraden. Deze stoffen werken nadelig op de populatieontwikkeling van de roofmijten en kunnen er zelfs voor zorgen dat deze geheel afsterven, zodra ze met de restanten van deze stoffen in aanraking zijn gekomen.
Het is verstandig om na het gebruik van deze middelen een wachttijd van minimaal 6 weken in acht te nemen alvorens Dutchy’s® uit te zetten. Wanneer we nestjes ophangen in vooraf behandelde vogelkooien is dit geen probleem, als de nestjes dan maar onbehandeld zijn. Het is wel verstandig om de roofmijten dan alleen in de nestjes uit te zetten.